Baksteenformatie

  • De 1ste  rijder neemt de positie in die hij/zij wil rijden.
  • Rijdt de 1ste motor links van het midden van zijn rijstrook, dan rijdt de 2de motor rechts van het midden, de 3de motor weer links, de 4de weer rechts etc.
  • Wisselt de 1ste motor van plaats, dan wisselen de volgmotoren ook van plaats.
  • De afstand ten opzicht van elkaar moet zodanig zijn, dat een auto tussen 2 motoren kan invoegen. Deze afstand is je remweg en marge om bochten zelfstandig te kunnen overzien en nemen.

  • Rijd in de baksteenformatie zolang de weg en omstandigheden dit toelaten. Verbreek bij bochtenwerk deze formatie tijdelijk om je te positioneren voor de veilige rijlijn.

  • Vergeet niet om je afstand aan te passen aan een nieuwe situatie.

Groepsrijden1.jpg

Op de snelweg

  • Hanteer op de snelweg het buddysysteem, oftewel synchroonrijden. Rijd dus niet in groepsverband, maar rijdt gekoppeld met zijn tweeën samen.
  • De voorste motorrijder rijdt links van het midden. Als achterste rijder rij je rechts, in de spiegel van de voorste rijder, zodanig dat je in een noodsituatie veilig tot stilstand kan komen zonder de voorste rijder te raken.
Groepsrijden2.jpg

Inhalen en voorbijrijden

  • De eerste rijder zet de handeling van inhalen in, de tweede rijder is verantwoordelijk voor de tweede handeling om terug te komen naar de rechter rijstrook.
  • Om synchroonrijden te bevorderen: maak de onderlinge afstand niet langer dan ongeveer 10m.
  • Spreek van tevoren af hoe hard er wordt gereden. Het beste is om je aan de toegestane snelheid ter plekke te houden.
  • Voor iedereen geldt: rij nooit boven je kunnen! Je hoeft je niet te bewijzen t.o.v. anderen.
  • Bij inhalen en oversteken van kruispunten: rij niet blindelings achter je voorganger aan. Kijk en vertrouw alleen op je eigen inzicht.
  • Hou je spiegels in de gaten, als hij/zij uit je spiegel verdwijnt, ga dan langzamer rijden en/of stoppen, degene die voor je rijdt constateert dit ook en doet hetzelfde. Op die manier wordt het tempo geleidelijk aangepast.
  • De eerste en de laatste rijder worden belast met een behoorlijk takenpakket. Kies voor deze posities ervaren motorrijders, bij voorkeur liefst personen die vaker samen rijden en op elkaar zijn ingespeeld.
  • Rijders met lichte motoren en rijders met weinig ervaring rijden zoveel mogelijk voorin, direct achter de eerste rijder. Voorin is het makkelijker om een constant tempo aan te houden.
  • Let op: ook al rij je in formatie, je blijft een zelfstandige rijder en moet de verkeersregels als individu toepassen.
  • Groepsverband rijden betekent niet dat je als een elastiek aan elkaar moet hangen.